Een paar uur per week werk ik bij de zieke zusters, zo ook vorige week. Vlak voor het einde van mijn late dienst, kwam Zr. Gabriëlle ten val. Ze struikelde over haar rollator en viel met haar hoofd op de grond. Hierdoor liep ze een lelijke wond op, vlak boven haar wenkbrauw. Het bloedde zo heftig, dat de huisverpleegkundige de wond niet kon plakken. De zuster, die normaal gesproken altijd guitig en olijk is, had zelf ook haar bloed willen stelpen. Maar haar keurig opgevouwen zakdoekje die zij in haar mouw bewaart, was niet bestand tegen het vele bloeden. Zelfs haar nachtjapon was doorlopen van het bloed. De ambulance werd gebeld en Zr. Gabriëlle werd opgehaald om haar wond in het ziekenhuis te laten hechten.
De gewonde zuster kon echt niet in haar eentje in de ambulance naar het ziekenhuis. Maar door alle bezuinigingen in de zorg, kan er absoluut niemand uit de avondploeg gemist worden op de afdeling. Vooral als zich zo’n ongeval voordoet als vanavond, dan is de werkdruk enorm en eigenlijk soms te zwaar. Respect voor de collega’s uit de zorg die zo hard werken!! Omdat er niemand op de afdeling gemist kon worden, werd er hoopvol naar mij gekeken. Eigenlijk was er niet veel keuze, dus zonder twijfel sprong ik achterin de ambulance, om de zuster met raad en daad bij te staan. Zo ben ik!
Die laatste zinnen zijn gelogen want ik twijfelde wel om mee te gaan. Pff.. ik had hele andere plannen voor vanavond. Ik wilde thuis eigenlijk een flesje Jack Daniels op tafel toveren en kijken hoeveel glazen ik weg kon fleppen, voordat mijn lichtje uit zou gaan. Ik bedoel niet het lampje op mijn nachtkastje, ik bedoel het licht in mijn ogen. Gezellig samen met mijn huisgenootje Shareena. Met haar deel ik mijn ghettokrot van papier-maché en golfplaten en als het even kan dan breken we de kiet ook door de weeks af. Omdat ze mijn roomy is, noem ik haar Sharoomy. Ze heeft altijd wel een sterk verhaal te vertellen. Over de tijd dat ze in het leger zat en op uitzending was in Afghanistan bijvoorbeeld. Of simpelweg over hoe haar weekend is geweest. Ze is Hardstyle DJ en draait op van die rauwe terrorfeesten. Ja, zij maakt het mee en een avondje met haar is pure Revue. Maar goed, de voorstelling van vanavond ging dus mooi niet door want Zr. Gabriëlle lag in de lappenmand en moest naar de Spoedeisende Hulp.
Eenmaal op de Eerste Hulp van het ziekenhuis ging het snel. De dienstdoende arts hechtte de wond van Zr. Gabriëlle. Nu moesten we opnieuw wachten op de ambulance, voor een ritje terug naar het klooster, naar huis. Dat duurde lang. Zr. Gabriëlle gebruikte deze tijd om bij te komen van de schrik. Ze sloot haar ogen maar sliep niet. Ze lag tevreden en dankbaar te bidden. Zachtjes hoorde ik haar zingen: “Ave Maria…” Loepzuiver was het niet. Maar haar gezang en devotie bezorgden mij kippenvel. Ondanks de gemene smak die de zuster die avond had gemaakt, bedankte ze in haar gebed de goede zorg van haar beschermengeltje, en ook de mensen uit de zorg.
Na een kwartiertje kwam de ambulancebroeder bij het bed van Zr. Gabriëlle om te vertellen dat we konden vertrekken, terug naar het klooster. “Zr. Gabriëlle Johanna Valentina Immaculata van der Water, geboren 1920 te Amsterdam”, las de broeder hardop voor uit haar dossier. “Aha, dus u bent Amsterdamse?” merkte hij superscherp op. De zuster beantwoorde de vraag met trotse stem: “Ja, Jordanees!!”. Vanuit de brancard herrees plotseling een misthoorn, met een volume op volle kracht, passende bij een Mokumse marktvrouw. Zr. Gabriëlle zette rondborstig haar lijflied in:
“Bij ons in de Jordaon... Waar de bloemen voor de ramen staon.”
De ambulancebroeder keek verrast op en met brede lach fluisterde hij tegen de medebroeder: “Let op, dit wordt het mooiste ritje van de avond..”
Deze avond verzorgde Zr. Gabriëlle de Revue. Ze heeft het hele liedje uitgezongen, zonder een woord van de tekst te vergeten. Zowel de ambulancebroeders, als een binnengebracht panisch kindje met hysterische ouders, heeft zij eventjes vermaakt en afgeleid met haar vrolijke stem. Deze zingende zuster verdient een Halleluja!
EINDE
De gewonde zuster kon echt niet in haar eentje in de ambulance naar het ziekenhuis. Maar door alle bezuinigingen in de zorg, kan er absoluut niemand uit de avondploeg gemist worden op de afdeling. Vooral als zich zo’n ongeval voordoet als vanavond, dan is de werkdruk enorm en eigenlijk soms te zwaar. Respect voor de collega’s uit de zorg die zo hard werken!! Omdat er niemand op de afdeling gemist kon worden, werd er hoopvol naar mij gekeken. Eigenlijk was er niet veel keuze, dus zonder twijfel sprong ik achterin de ambulance, om de zuster met raad en daad bij te staan. Zo ben ik!
Die laatste zinnen zijn gelogen want ik twijfelde wel om mee te gaan. Pff.. ik had hele andere plannen voor vanavond. Ik wilde thuis eigenlijk een flesje Jack Daniels op tafel toveren en kijken hoeveel glazen ik weg kon fleppen, voordat mijn lichtje uit zou gaan. Ik bedoel niet het lampje op mijn nachtkastje, ik bedoel het licht in mijn ogen. Gezellig samen met mijn huisgenootje Shareena. Met haar deel ik mijn ghettokrot van papier-maché en golfplaten en als het even kan dan breken we de kiet ook door de weeks af. Omdat ze mijn roomy is, noem ik haar Sharoomy. Ze heeft altijd wel een sterk verhaal te vertellen. Over de tijd dat ze in het leger zat en op uitzending was in Afghanistan bijvoorbeeld. Of simpelweg over hoe haar weekend is geweest. Ze is Hardstyle DJ en draait op van die rauwe terrorfeesten. Ja, zij maakt het mee en een avondje met haar is pure Revue. Maar goed, de voorstelling van vanavond ging dus mooi niet door want Zr. Gabriëlle lag in de lappenmand en moest naar de Spoedeisende Hulp.
Eenmaal op de Eerste Hulp van het ziekenhuis ging het snel. De dienstdoende arts hechtte de wond van Zr. Gabriëlle. Nu moesten we opnieuw wachten op de ambulance, voor een ritje terug naar het klooster, naar huis. Dat duurde lang. Zr. Gabriëlle gebruikte deze tijd om bij te komen van de schrik. Ze sloot haar ogen maar sliep niet. Ze lag tevreden en dankbaar te bidden. Zachtjes hoorde ik haar zingen: “Ave Maria…” Loepzuiver was het niet. Maar haar gezang en devotie bezorgden mij kippenvel. Ondanks de gemene smak die de zuster die avond had gemaakt, bedankte ze in haar gebed de goede zorg van haar beschermengeltje, en ook de mensen uit de zorg.
Na een kwartiertje kwam de ambulancebroeder bij het bed van Zr. Gabriëlle om te vertellen dat we konden vertrekken, terug naar het klooster. “Zr. Gabriëlle Johanna Valentina Immaculata van der Water, geboren 1920 te Amsterdam”, las de broeder hardop voor uit haar dossier. “Aha, dus u bent Amsterdamse?” merkte hij superscherp op. De zuster beantwoorde de vraag met trotse stem: “Ja, Jordanees!!”. Vanuit de brancard herrees plotseling een misthoorn, met een volume op volle kracht, passende bij een Mokumse marktvrouw. Zr. Gabriëlle zette rondborstig haar lijflied in:
“Bij ons in de Jordaon... Waar de bloemen voor de ramen staon.”
De ambulancebroeder keek verrast op en met brede lach fluisterde hij tegen de medebroeder: “Let op, dit wordt het mooiste ritje van de avond..”
Deze avond verzorgde Zr. Gabriëlle de Revue. Ze heeft het hele liedje uitgezongen, zonder een woord van de tekst te vergeten. Zowel de ambulancebroeders, als een binnengebracht panisch kindje met hysterische ouders, heeft zij eventjes vermaakt en afgeleid met haar vrolijke stem. Deze zingende zuster verdient een Halleluja!
EINDE